Naar de inhoud
Banner

Afscheidsspeech Olaf Kemerink

Inzending26 juni 2022

Olaf Kemerink

Dit artikel is een ingezonden opiniestuk. De opvattingen zijn daarmee geen officiële standpunten van ROOD en sluiten niet noodzakelijkerwijs aan op de meningen van al onze leden. Leden kunnen opiniestukken indienen door een conceptversie te sturen naar de redactie via redactie@roodjongeren.nl.

Ik had onderstaande speech geschreven voor de ledenvergadering van ROOD van 26 juni 2022, waar ik afscheid nam als voorzitter. Helaas was ik te emotioneel om hem daadwerkelijk uit te spreken, maar hier staat hij alsnog online. Ik wens het nieuwe bestuur heel veel succes met het verder uitbouwen van ROOD!

Vandaag is de laatste keer dat ik als voorzitter mag speechen voor de ledenvergadering van ROOD. Het is nu toch wel anders dan de eerste keer, in november 2020. Toen was de tegenkandidaat net weggelopen omdat hij door had dat hij niet zou gaan winnen. In de chaos van dat moment moest ik nog een geïmproviseerde overwinningsspeech houden. Dus hield ik in een lege en galmende studio De Moed op een donderpreek op felle toon dat iedereen welkom was. Gelukkig zijn de omstandigheden nu anders.

Mensen vragen wel eens of het begin van mijn voorzitterschap met al dat mediacircus eromheen niet zwaar was, en of ik dat persoonlijk niet lastig vond. Natuurlijk waren er soms moeilijke momenten maar het was juist ook fijn om ROOD en het socialisme zo onder de aandacht te kunnen brengen. Wat ik veel zwaarder vond waren de afgelopen maanden. Door een hersenschudding heb ik het voorzitterschap vanaf begin oktober neer moeten leggen en kon ik maar heel beperkt actief zijn. Ik baal dat ik alle demonstraties, scholingen en bijeenkomsten heb moeten missen. Een kameraad van ROOD Nijmegen vroeg me laatst na het sporten nog of ik ook ROOD-lid was, dat zegt wel genoeg denk ik. Maar nog veel erger voelde het om me niet vol voor ROOD in te kunnen zetten terwijl dat wel nodig was. Gelukkig hebben de andere bestuursleden keihard gewerkt om dat op te vangen, en kon Ties alvast oefenen met het voorzitterschap wat hij echt goed deed.

Maar om nog terug te komen op november vorig jaar. Want wat we deden met ROOD was een revolutie. In het klein, en intern, maar toch een revolutie. We begonnen met een analyse en een visie over een democratisch en marxistisch ROOD. We konden aanhaken op de bestaande onvrede over uitzichtloze actietrajecten, een verrechtsende SP en verstikkende bureaucratie. Daardoor konden we geduldig het verzet opbouwen en langzaam groeien. Totdat er een crisis ontstond. Er waren moties aangenomen die lijnrecht tegen het SP-bestuur ingingen, er was geen meerderheid voor een voorzitterskandidaat op de ALV en het SP-bestuur had een heksenjacht geopend op Communistisch Platform. Vanuit die crisis konden Arina, Robin en ik ons kandideren op een democratisch en marxistisch ROOD, en we weten allemaal wat daarna gebeurde.

Het organiseren van dit soort minirevoluties is wat mij betreft precies wat we moeten doen. We beginnen met een analyse en een visie. Dan haken we in op bestaande onvrede en proberen op die manier mensen te overtuigen. We bouwen die oppositie geduldig op, totdat er een crisis ontstaat. Dan pakken we door en grijpen we het initiatief. Dat kan in je eigen buurt: het kloppen tegen de huurverhoging kan zorgen voor een revolutie in de huurdersorganisatie die in de zak zat van de verhuurder, of het oprichten van een nieuwe organisatie. Dat kan in je klimaatactiecomité met een revolutie tegen te softe en liberale politiek. En in je vakbondssector met een revolutie tegen bureaucratische bestuurders. Met al deze minirevoluties zetten we stappen. Die stappen worden steeds groter en uiteindelijk is het de beurt aan de hele samenleving.

Ik ben ervan overtuigd dat ROOD dit kan. We hebben het voor elkaar gekregen om een afgestoten jongerenorganisatie in leven te houden en opnieuw uit te vinden. En door het conflict met de SP zijn we het gewend om onze bek open te trekken. Wij laten ons niet zomaar de mond snoeren, ook niet als onze mening zorgt voor conflict. We moeten de confrontatie aangaan met zowel de kapitalisten als de bureaucraten. En dat kunnen we. Niet ondanks alles, maar juist dankzij alles wat er is gebeurd.

Ik heb een rol mogen spelen in de interne revolutie en samen met het bestuur gebouwd aan een ROOD dat ook buiten de organisatie revoluties kan organiseren. Dat bouwen is zeker nog niet klaar maar we zijn al een eind op weg. Ik heb het volste vertrouwen dat de bestuurskandidaten hieraan verder werken en ook de blik naar buiten richten. En als ze hulp nodig hebben mogen ze me altijd bellen. Maar wat er ook gebeurt, ik zal ROOD en mijn periode in het bestuur altijd bij me dragen en me blijven inzetten voor het socialisme. Want de weg is lang, maar het gaat ons lukken.